Persberichten
-
Screening van borstkanker vanaf veertig jaar : mogelijke voordelen wegen niet op tegen mogelijke nadelen
Op vraag van het RIZIV ging het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE) na of het zinvol is om gezonde vrouwen tussen 40 en 49 jaar, zonder symptomen of zonder verhoogd risico in de familie, te screenen op borstkanker. Dergelijke screening zou betekenen dat bijna 800.000 vrouwen jaarlijks zouden worden uitgenodigd voor een mammografie. Het KCE stelde vast dat bij de screening van deze leeftijdsgroep de mogelijke nadelen wel eens groter zouden kunnen zijn dan de voordelen. Het risico om van borstkanker te sterven is al vrij klein in deze groep.
-
Kunstmatig breken van de vliezen en geven van knip: bij normale bevallingen alleen in bepaalde omstandigheden aanbevolen
Het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE) heeft samen met een werkgroep van gynaecologen en vroedvrouwen aanbevelingen uitgewerkt voor de ‘normale’ bevallingen met een laag risico. Het is belangrijk dat zwangere vrouwen en hun partner goed geïnformeerd worden over alle stadia van de bevalling, zodat zij bewuste keuzes kunnen maken die zoveel mogelijk gerespecteerd moeten worden. Het kunstmatig breken van de vliezen en het geven van een knip gebeurt best niet routinematig. Voor onze overgrootmoeders was een bevalling nog een riskante gebeurtenis.
-
Jaarverslag 2010 van het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE)
Het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE) ondersteunt met zijn wetenschappelijke rapporten de beleidsmakers bij het nemen van beslissingen in de gezondheidszorg en de ziekteverzekering. Het jaarverslag over 2010, het 7e activiteitsjaar, bevat nieuwe objectieven om de impact van de KCE-rapporten bij de beleidsmakers en zorgverleners nog te verhogen, zodat zijn adviezen nog meer door hen worden gebruikt. Het kersverse KCE-jaarverslag 2010 bevat een overzicht van de vernieuwde doelstellingen, vermeld in het managementplan van de directie.
-
Borstkankerscreening op maat van je risico
Alle vrouwen in België tussen 50 en 69 jaar worden 1 maal om de 2 jaar door de overheid uitgenodigd voor een borstonderzoek met mammografie. Het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE) oordeelde in 2010 (KCE-rapport 129) dat het niet opportuun was om deze georganiseerde borstkankerscreening uit te breiden naar vrouwen vanaf 40 jaar. Bij vrouwen met een verhoogd risico kan een vervroegde screening wel een optie zijn. Dit verhoogde risico , de frequentie en methode van screenen worden best op een gestandaardiseerde manier bepaald.
-
Moet men iedereen testen op Hepatitis C ?
Besmetting met Hepatitis C gebeurt via het bloed. Vandaag lopen vooral drugsgebruikers die injectiemateriaal delen het grootste risico op besmetting. Jaarlijks worden ongeveer 2000 nieuwe gevallen van chronische Hepatitis C vastgesteld. Deze veroorzaakt meestal geen klachten, maar op lange termijn kan zich een leverziekte ontwikkelen. Een succesvolle behandeling is mogelijk, maar minder dan de helft van de patiënten start ze ook op, wegens de lange duur en de neveneffecten.
-
Behandeling borstkanker: minder zwaar bij hormoongevoelige borstkanker door meer nauwkeurige diagnose
Een behandeling met hormonentherapie is minder zwaar dan chemo –en radiotherapie, maar is enkel bij bepaalde types borstkanker, die hormoongevoelig zijn, doeltreffend. Sinds kort kunnen nieuwe diagnosetechnieken de tumoren die met hormonentherapie kunnen worden behandeld, nauwkeuriger herkennen. Daardoor kan een groter aantal vrouwen ermee worden behandeld. Het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE) paste zijn richtlijnen voor de behandeling van borstkanker in die zin aan.
-
Het Bijzonder Solidariteitsfonds doorgelicht
Het Bijzonder Solidariteitsfonds (BSF), één van de Belgische vangnetten bij hoge medische kosten, bestaat 20 jaar. Op vraag van het RIZIV bekeek het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE) de werking van de organisatie. Het KCE doet ook een aantal voorstellen ter verbetering: meer duidelijkheid in de voorwaarden voor tussenkomst en meer transparantie in de motivering van de beslissingen. Een centraal contactpunt bij het RIZIV voor aanvragen zou de aanvraagprocedure kunnen versnellen.
-
Medische zorg op afstand wordt dagelijkse praktijk, maar we zijn er niet klaar voor
Het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE) wierp een kritische blik op een nieuwe techniek: de medische zorgverlening op afstand. Als voorbeeld nam het de bewaking op afstand van patiënten met een ingeplante hartdefibrillator. De meerwaarde en de veiligheid zijn vandaag nog niet echt aangetoond, waardoor het KCE terugbetaling nog niet aanbeveelt. Dit kan mogelijk herzien worden als de momenteel lopende studies overtuigender bewijs leveren.
-
Systematisch screenen van alle pasgeborenen op mucoviscidose: een voorwaardelijk ja
In opdracht van het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE) onderzocht een team van kinderartsen, experts in neonatale screening, medisch recht en ethiek de voor- en nadelen van het systematisch testen van alle pasgeborenen op mucoviscidose. Het KCE beveelt deze screening enkel aan indien aan welbepaalde voorwaarden wordt voldaan: de toestemming van de vooraf geïnformeerde ouders, de kwaliteitsbewaking van de screeningtesten, het selectief uitvoeren van genetische testen en garanties op kwaliteitsvolle opvolging achteraf.
-
Algemene vaccinatie tegen windpokken bij kinderen doet misschien zona bij volwassenen toenemen
Een vaccinatieprogramma van kinderen tegen windpokken, en van ouderen tegen zona, wat zouden de kosten en baten hiervan zijn? Deze vraag onderzocht het Centrum voor Gezondheidseconomie en Modellering van Infectieziekten (Universiteit Antwerpen) in opdracht van het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE). Een vaccinatieprogramma tegen windpokken kan best pas opgestart worden als men zeker is dat daardoor het aantal gevallen van zona niet tegelijkertijd te sterk toeneemt. Daarvoor moeten de resultaten in een aantal landen, die reeds met vaccinatie zijn gestart, worden afgewacht.
-
Wetsvoorstellen voor de vergoeding van bloedtransfusieslachtoffers – goed bedoeld, maar disciminerend
De zeer recente wet van 31 maart 2010, die een schadevergoeding voorziet bij medische ongevallen, is nog niet van toepassing, maar er zijn al voorstellen om ze te wijzigen. Een aantal parlementsleden zou graag de wet uitbreiden naar mensen die voor de jaren 90 door bloedtransfusie met het hepatitis-C-virus of het AIDS-virus (HIV) werden besmet.
-
Aanbevelingen voor de behandeling van borstkanker en teelbalkanker
Het College voor Oncologie en het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE) maakten samen met een werkgroep van experten een update van de richtlijnen voor de diagnose en behandeling van borst –en teelbalkanker. Elk jaar neemt het aantal nieuwe gevallen van borstkanker toe, vooral bij de vrouwen tussen 50 en 69 jaar. Wel neemt in deze leeftijdsgroep de sterfte sinds meer dan 10 jaar voortdurend af.
-
Borst- en teelbalkanker: zorgkwaliteit stijgt, maar meer centralisatie in ‘ervaren’ ziekenhuizen nodig
Het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE) ontwikkelde een lijst van indicatoren om de zorgkwaliteit van borst- en teelbalkanker te meten. Hoewel er nog nood is aan meer diepgaande analyses, kan toch al worden vastgesteld dat de zorgkwaliteit bij deze kankers verbetert. Zo is de overleving op 5 jaar licht gestegen. Toch is er nog ruimte voor verbetering op gebied van diagnose, behandeling en opvolging. De zorg is ook nog teveel versnipperd.
-
1 op de 8 patiënten sterft binnen de maand na een hartklepvervanging via de lies. Omdat de veiligheid van de patiënt primeert raadde het KCE de terugbetaling van deze experimentele ingreep af
De afgelopen dagen bespeelde een aantal Antwerpse cardiologen op een emotionele manier de publieke opinie. Ze verkondigden in de pers dat ze 32 levens redden door hartklepvervangingen via de lies zelf te betalen. Het RIZIV was hierbij de kop van jut, omdat het de ingreep alsnog niet terugbetaalt. Het RIZIV baseerde zich voor deze beslissing op het wetenschappelijk advies van het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE).
-
Op weg naar een kwaliteitssysteem voor kankerzorg
Het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE) ging na wat er nodig is om een Belgisch kwaliteitssysteem voor kankerzorg in de steigers te zetten. De uiteindelijke bedoeling is om hiermee de kwaliteit van de kankerzorg meetbaar te verbeteren. De belangrijkste elementen voor een dergelijk systeem blijken aanwezig te zijn in België, maar er is behoefte aan meer samenhang en sturing.
-
Het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE) doet een oproep tot studievoorstellen
Het KCE bereidt momenteel zijn werkprogramma voor 2012 voor. Tot en met vrijdag 29 april 2011 (tot 16u)kan iedereen met interesse in de gezondheidszorg onderwerpen voor 2012 voorstellen, via een invulformulier op de KCE-website: http://kce.fgov.be/index_nl.aspx?SGREF=5280 Elk jaar komen ongeveer 20 tot 25 studies aan bod. Een studie kan tussen de 6 en 18 maanden duren. In 2010 kwamen de meeste voorstellen van privé-organisaties en privé-personen (zie tabel hieronder).
-
Osteopathie en chiropraxie: werkzaamheid alleen bewezen bij nek- en lage rugpijn, toch is 90% van de patiënten tevreden
Meer dan 1 op 3 Belgen raadpleegt minstens 1 keer in zijn leven een chiropractor, homeopaat, acupuncturist of osteopaat. In het kader van de verdere uitvoering van de wet Colla vroeg de minister van Volksgezondheid het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE) een stand van zaken op te maken van deze populaire niet-conventionele geneeswijzen.
-
Acupunctuur: houdt het steek?
-
Lichaamsoefening op maat: een gouden regel voor hartpatiënten
Hartrevalidatie met lichamelijke oefeningen heeft een gunstig effect op de levenskwaliteit van hartpatiënten en vermindert het aantal hospitalisaties en overlijdens. Dit is een belangrijke conclusie van een studie van het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE) en Deloitte®. Toch volgt minder dan een op 2 hartpatiënten revalidatie na hospitalisatie. Vooral ouderen en vrouwen dreigen uit de boot te vallen.
-
Langdurig psychiatrische patiënten: meer zorg dichtbij eigen leefomgeving nodig
Op basis van een voorzichtige schatting zou ongeveer 1% van de Belgische bevolking te kampen hebben met een ernstige, langdurige mentale aandoening. Het gaat om mensen die lijden aan schizofrenie, bipolaire stoornissen (ook “manisch-depressieve” stoornissen genoemd), steeds terugkomende ernstige depressies of persoonlijkheidsstoornissen. In België ligt de nadruk bij de zorg nog sterk op de opname in een psychiatrische instelling, hoewel er al andere begeleidingsmogelijkheden bestaan.